CanticumColumn 2011
sluiting 22 nov
Glazenwasser ziet schilderijen
Auto’s, gelach, geraas: alles slaat dood
op zeven hoog. Ik hoor alleen mijn sponsen het verkouden knarsen van het staal
waaraan ik hang. Soms spreekt een wolk mij aan
of gis ik wat een meeuw te zeggen heeft.
De mensen: druk, wit, stemloos, achter glas.
Op acht hoog kunst. Dat meisje daar, die lach,
wie heeft haar zo bespied dat ze immuun
voor complimenten mijn gezicht in kijkt?
En wanneer breekt die sperwer uit zijn lijst?
Ik hang hier als een ijskoud schilderij
waar niemand oog voor heeft, ik poets en zwoeg
en maak het uitzicht vrij – schilder er maand
na maand onvervalste wolken bij.
Kijk. Daar kruipt al zonlicht in mijn lijst.
Menno Wigman
_________________________________________________________________
sluiting 15 nov
Asbak
Ik vergezel mijn vriendin bij het verstrooien van de as van haar moeder op het strand. Op de terugweg door de duinen zakken we neer op een bankje. Onder het genot van een sigaretje en een fles van haar moeders favoriete wijn, halen we herinneringen op. Een geagiteerde voorbijganger onderbreekt onze mijmeringen met het bevel onmiddellijk te stoppen me roken, Willen we het hele duingebied in de hens steken? Ik begin mijn sigaret uit te maken, maar mijn vriendin kijkt de man meewarig aan: “Meneer, waar windt u zich over op? Kijk!” Ze duwt de man de lege urn onder zijn neus: “We hebben een héle grote asbak.”
Juul Belvie
ik@nrc.nl
________________________________________________________
sluiting 8 nov
Schubertiana 1
In het avondduister op een plek buiten New York,
een uitzichtpunt van waaruit je met één enkele blik
de huizen van acht miljoen mensen kunt omvatten.
De reuzenstad daarginds is een langgerekte flikkerende sneeuwbui,
een spiraalnevel van opzij.
In het binnenste van de nevel worden koffiekopjes over
de toonbank geschoven, bedelen etalages bij voorbijgangers,
een krioelen van schoenen dat geen enkel spoor achterlaat.
De klimmende brandtrappen, de liftdeuren die dichtglijden,
achter deuren met veligheidssloten een voortdurende stortvloed
van stemmen.
Ineengezakte lichamen dutten in de subwaywagons, de
voortstormende catacomben.
Ik weet ook buiten alle statistiek om dat op ditzelfde moment
ergens daarginds in een kamer Schubert gespeeld wordt en dat
voor iemand die tonen werkelijker zijn dan al het andere.
Uit: De herinneringen zien mij. Verzamelde gedichten/Memoires.
Tomas Tranströmer
Vertaling Bernlef.
___________________________________________________________________________
sluiting 1 nov
Allegro
Ik speel Haydn na een zwarte dag
en voel een simpele warmte in mijn
handen.
De toetsen zijn willig. Milde hamers
slaan.
De klank is groen, levendig en kalm.
De klank zegt dat de vrijheid bestaat
en dat iemand de keizer geen belas-
ting betaalt.
Ik steek mijn handen diep in mijn
haydnzakken
en doe als iemand die de wereld in
alle rust aanschouwt.
Ik hijs de haydnvlag – dat betekent:
‘Wij geven ons niet over. Maar wil-
len vrede.’
De muziek is een glazen huis op de
helling
waar stenen rondvliegen, stenen
rollen.
En de stenen rollen er dwars door-
heen
maar iedere ruit blijft heel.
Tomas Tranströmer
_______________________________________________________________________________
sluiting 11 okt
Gevoel
Gevoel is teer en broos
gevoel kent tijd noch plaats
Gevoel is grenzeloos
gevoel is onder-, midden-, bovenmaats
Gevoel is naakt en puur
de Rede kleedt haar aan
Gevoel is zoet niet zuur
het Weten móet vergaan
Gevoel is geen gedicht
geen letters, woorden, zinnen
Gevoel heeft geen gezicht
zij is eindigen en beginnen
Wat nog niet is gezegd
zijn de gevoelens in dit schrijven gelegd
Je kunt het ook niet weten
als je begrijpt wat ik bedoel
Weten, is immers geen gevoel
Uit: Ik houd van mijzelf….en dat is wederzijds
dagboek van een manisch-depressief mens
____________________________________________________________________________________
sluiting 4 okt
_______________________________________________________
sluiting 20 sept
De eerste Kerkgang
Dicky wol zo graag een keertjen
Naor de grote kerk toe gaon.
Moeder had d’r een zwaor heuf in
’t Stil zitten was niks gedaon.
Dus wier Dicky van te veuren
Aardig an ’t verstand gebrach
“Dicky” i’j mot daor niet praoten
Denk ter an dat het niet mag”
Net zat Dicky in de kerkbank
En jao wel daor ha’j et al
Dick vroeg op de preakstoel wiezend:
“Moe wat is dat veur geval?”
“Dicky-stil-dat is de preakstoel
Daor kump domenee te staon””.
“O” zei Dicky en zien Moe dach
Ha’k um mor niet laoten gaon.
Dicky keek es naor het orgel
“Moe, is dat een pirement?”
Dicky laot dat niemand heuren,
I’j mot stille weazen vent!”
Toen de kerkeraod d’r in kwam
-op een ri’j en in het zwat-
Vroeg e: “moeder, heb die mannen,
een begrafenis gehad?”
“Dick dat bunt de olderlingen
Daad’lijk kump de domeneer
En now mot i’j niks meer vraogen
Want ik geef gin antwoord meer!”
Daor zag Dick het roojen lichjen
Boaven an et klankbord staon
“Moeder as dat lichjen gruun wöd
Köw dan weer naor huus toe gaon?”
_______________________________________________
sluiting 13 sept
Wat maakt een wonder precies zo bijzonder?
Is het een kunstje, een trucje, een stunt?
Trouwens, een wonder, wat versta je er onder:
iets wat wij zelf nooit hadden gekund?
Wat mensen beleven wordt later beschreven
en krijgt dan een kleurtje, een wondere schijn.
Dan zeggen ze later: “Hij liep over water!
Hij déélde maar brood! Hij had zomaar wijn!”
Heb jij in je leven – al was het maar even – gedacht:
’t is een wonder dat dit hier bestaat:
de liefde van mensen, hun dromen, hun wensen,
de dieren, de lente, het zonlicht op straat?
Wat zo bijzonder is aan een wonder,
is dat het altijd om overvloed gaat.
Het is ’t onverwachte, het ‘meer dan we dachten’.
Dàt is waar je altijd verwonderd van staat!
Marjet de Jong
_____________________________________________________________-
sluiting 6 sept
LATEN WE ZIJN
Laten we zijn
wie we geworden zijn.
Het verleden laten rusten.
Zij heeft ons tot hier gebracht
en daarmee haar dienst bewezen.
Ook al was de reis
lang en vermoeiend
spannend en heel basaal.
Waarom zouden wij haar spreken?
Ons staat slechts het nu
ter beschikking.
UIT: Een Lange Weg van Liefde.
Poëzie: Marieke de Vrij
___________________________________________________
sluiting 30 aug
Heb geduld met alles wat onopgelost is in je hart
en probeer je vragen met liefde te bezien,
als kamers die gesloten zijn
of als boeken in een volslagen vreemde taal.
Zoek nog niet naar antwoorden.
Die kunnen je nog niet gegeven worden,
omdat je niet in staat zou zijn ze te leven.
En het gaat erom alles te leven.
Leef nu de vragen.
Misschien leef je dan, langzamerhand,
zonder het te merken, het antwoord binnen.
Rainer Maria Rilke
___________________________________________________________
sluiting 21 juni
Van welke kerk bent U?
Die vraag krijg ik nog wel eens te horen.
Dan antwoord ik: Ik ben Hervormd geboren.
Maar ja, wat geef je daarmee eigenlijk aan?
Met Hervormd kun je alle kanten opgaan!
En dus vul ik aan: Rechtzinnig daarenboven.
Dat is een vrij zinnige manier van geloven.
Maar toen ik jong was, is mij geleerd:
Een goed woord voor Hervormd is Gereformeerd.
Dus behoor ik ook tot de gereformeerde kerk.
Ik ben christelijk, zo is me geleerd,
Dus ben ik ook christelijk-gereformeerd.
Ik kan ook zeggen – dat kan er mee door –
Dat ik tot een christengemeente behoor.
Christus bevrijdde mij, tot liefde en hoop.
Dus vast en zeker Vrijgemaakt ben ik ook.
Omdat men in mijn kerk ook aan dopen doet
Past baptistengemeente mij ook wel goed.
In mijn kerk komt ook jaarlijks het pinksterfeest voor.
Dus is het dat ik ook tot de pinkstergemeente behoor;
En omdat het steeds om het evangelie gaat,
Kan Evangelische gemeente ook geen kwaad.
Ik vaar op het Bijbels apostolisch gezag
Dat is de reden dat ik mij ook apostolisch noemen mag
Tenslotte is het gewoon een feit publiek
Dat de kerk is algemeen, dus ben ik ook katholiek.
Nu weet u bij welke gemeente ik behoor.
Of komt mijn antwoord u verwarrend voor?
U hebt gelijk! Die namen, wat een gedoe!
Daarom wens ik u van harte toe
Dat op de vraag: Waar hoort u bij? Van wie bent u?
Uw antwoord zij: Van Christus ben ik!
Straks en ……………..Nu!
____________________________________________________________________________________________
sluiting 31 mei
_________________________________________________________
sluiting 17 mei
Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,
Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht
In een oud stadje, langs de watergracht –
In huis was ’t donker, maar de stille straat
Vergaarde schemer, aan de lucht bonk laat
Nog licht, er viel een gouden blanke schijn
Over de gevels van mijn raamkozijn
Dan blies een jongen als een orgelpijp,
De klanken schudden in de lucht zo rijp
Als jonge kersen, wen een lentewind
In t’ bosje opgaat en zijn reis begint.
Hij dwaalt voer de bruggen op den wal
Van ’t water, langzaam gaande, overal
Als ’n jonge vogel fluitend, onbewust
Van eigen blijheid om de avondrust.
En menig moe man, die zijn avondmaal
Nam luisterde, als naar een oud verhaal
Glimlachend, en een hand, die ’t venster sloot,
Talmde een poze wijl de jongen floot.
Zo wil ik dat dit lied klinkt, er is een
Die ik wel wenste, dat mijn stem bescheen
Met meer dan lachend van haar zachte oog…
Heil heil, ik voel hier handen en den weken boog
Van haren arm. Een koepel van blind licht,
Mild nevelend, omgeeft mijn aangezicht,
Mijns tem brandt in mij als gele vlam
Van gas in glazen kooi, een eikenstam
Breekt uit in twijgen, en jong lover spruit
Naar buiten: Hoort er gaat een nieuw geluid!
Uit: Mei, van Herman Gorter
________________________________________________________________
sluiting 10 mei
_____________________________________________________________
sluiting 3 mei
Ik lag de lieve lange dag
tussen het bloeiend fluitenkruid;
er zweefde een liedje voor mij uit;
nu hoort naar wat ik zingen mag.
Wie nooit de lieve lange dag
bij ’t spiegelklare water lag
zijn uur is kort, zijn vreugd’ leeft uit,
want nimmer zag hij wat ik zag
tussen het bloeiend fluitenkruid.
Wie naar het klare water gaat
hem zullen de ogen opengaan
want zeker zal hij hier verstaan,
geknield tussen wat groeit en leeft
hoe God het schoonste zingen geeft
bij water, bloeiend kruid en riet
om niet.
Ida Gerhardt
_____________________________________________________________________________________
sluiting 12 april
Lente gedicht
Iets diep in mij borrelt naar buiten n
Uit zich in een jubelzang
Doet mij vrolijk fluiten
Ben ontsnapt uit mijn wintergevang
Voel de warmte als extase
Verspreid zich door mijn hele lijf
Zonnestralen raken mij in fasen
Even niet meer stram en stijf
Ik baad mij in een lentebriesje
Dompel mij onder in zachte temperatuur
Voel prikkelend het voor jaar komen
Voortschrijdend van uur tot uur
Kleine knopjes die verschijnen
Aarde ontwaakt, dat is een feit
Al het grauwe zal spoedig verdwijnen
Hoera het is lentetijd!
________________________________________________________________________________________________
sluiting 5 april
Ons alfabet heeft zesentwintig letters. Alle woorden in het woordenboek kunnen gemaakt worden met die zesentwintig letters en zij zijn gebruikt om ontelbare boeken te schrijven!
Er zijn tien cijfers. Van 0 tot 9. Met die paar cijfers kunnen we allerlei berekeningen maken. Van de meest eenvoudige tot de meest ingewikkelde.
Ons computersysteem is gebaseerd op de cijfer 1 en 0. En wat je daar mee kunt…..!
In de muziek zijn zeven noten: A,B,C,D,E,F,G (do,re,mi,fa,sol,la,ti,do).
De meeste muziekstukken in de hele wereld zijn met deze zeven noten als basis geschreven!
Weet je hoeveel basiskleuren er zijn? Maar drie: rood, geel en blauw. Met deze drie kleuren is het mogelijk om allerlei combinaties te maken en kunnen we alle kleurvariaties maken die we om ons heen zien!
Wat is nu een letter, een cijfer, een muzieknoot, een kleur? Wat stelt het voor? Elk ding dat we hier genoemd hebben lijkt klein en onbetekenend. Maar het is de basis. Ze zijn onnoemlijk belangrijk en waardevol en samen zijn ze veel, véél meer dan het lijkt!
__________________________________________________________________________________
sluiting 22 mrt ?
Het mooiste hart
Op een dag stond er een jongeman in het midden van de stad. Hij verkondigde dat hij het mooiste hart in de hele stad had. Een grote menigte kwam bijeen en de mensen bewonderden allemaal zijn hart. Het was perfect, geen litteken te bekennen. Ze zeiden dat dit inderdaad het mooiste hart was dat zij ooit hadden gezien. De jongeman was heel trots en pronkte met zijn hart.
Opeens kwam er een oude man aan bij de menigte. Hij zei: “Wat maakt jouw hart mooier dan dat van mij?” De menigte en de jongeman keken naar het hart van de oude man. Het zag er niet uit. Het zat vol met littekens, stukken hart waren eruit gehaald en de lege plekken waren gevuld met andere stukken die niet helemaal pasten. Lege stukken waren ook aanwezig. De mensen staarden naar hem en dachten: hoe kan hij nou denken dat zijn hart mooier is?
De jongeman keek naar het hart van de oude man, lachte en zei: “U maakt zeker een grap? Vergelijk mijn hart maar met dat van u. Het mijne is perfect en uw hart is een verzameling littekens en scheuren.” “Ja”, antwoordde de oude man, “Jouw hart ziet er perfect uit, mar ik zou mijn hart nooit met dat van jou ruilen. Ik zal het uitleggen. Elk litteken in mijn hart vertegenwoordigt een persoon aan wie ik mijn liefde heb gegeven.
Als ik van iemand houd, geef ik diegene een stuk van mijn hart. Soms geven zij mij ook een stuk van hun hart. Je ziet littekens, omdat niet elk stuk hart dat ik krijg precies past in het lege stuk in mijn hart. Deze littekens, koester ik, omdat ze mij herinneren aan de liefde die ik met mensen deelde.
Soms geef ik een stuk van mijn hart weg en krijg ik er niets voor terug. Dat zie je aan de lege gaten in mijn hart. Als je liefde aan iemand geeft, loop je het risico er niets voor terug te krijgen. Hoewel deze gaten pijnlijk zijn, blijven ze in mijn hart. Ze blijven mij herinneren aan de liefde die ik voor deze personen heb. Ik hoop dat zij ooit terugkeren en deze leegte zullen opvullen. Begrijp je nu wat echte schoonheid is?”, zei de oude man.
De jongeman stond stil en tranen liepen over zijn wangen. Hij liep naar de oude man, pakte zijn perfecte hart en haalde er een stuk uit. Hij gaf het met trillende handen aan de oude man. De oude man nam het stuk aan en plaatste het in zijn hart. Hij nam een stuk van zijn hart en legde het in de leegte in het hart van de jongeman. Het paste, niet precies, maar het paste. De jongeman keek naar zijn hart, niet meer zo perfect als net. Ze omhelsden elkaar en liepen vervolgens van elkaar weg ….
________________________________________________________________________________
sluiting 15 mrt
Verhaal over de olifant en de wandelende boom. Uit: Goede reis, dierenverhalen over vertrek en aankomst van Toon Tellegen
____________________________________________________________________________________________________
sluiting 8 mrt
De wonderen van de hele wereld
vind je terug in je eigen tuin.
Als je daar ogen voor hebt!
Als je van een boom alles wilt weten,
kijk dan goed naar wat hij je zien laat,
van seizoen tot seizoen.
Dan zul je zijn rijkdom en zijn armoe kennen,
zijn leven en bloeien in de lente,
zijn vruchten in de zomer,
zijn sterven in de herfst,
en zijn dood in de winter.
Als je een boom wilt leren kennen,
maak dan nooit zijn wortels bloot,
dan sterft hij voor altijd.
Dat is ook zo met de mens!
Bloemen bloeien,
ook als er niemand kijkt.
Bomen geven hun vruchten,
zonder te vragen
wie ze opeet!
Phil Bosmans.
_____________________________________________________________________________________________________
sluiting 1 mrt
Vooroordelen
We hebben allemaal mensen die ons niet mogen, ik ook.
Dat vind ik jammer.
Ik zou het veel fijner vinden als iedereen mij graag mocht.
Maar dat schijnt niet te kunnen.
Als mensen me niet mogen en ik niet weet waaróm zij zo denken, dan vind ik dat een beetje verdrietig. Het liefste zou ik dat wat hen dwars zit met hen willen uitpraten. Dat kan natuurlijk niet altijd en misschien moet ik me wel neerleggen bij de gedachte dat mensen nu eenmaal hun vooroordelen hebben. Ik ook.
Er fietste vaak een dame langs ons huis met een stapel boeken achter op de fiets. Ik had iets tegen dat mens. Wát wist ik niet, maar steeds als zij weer met die boeken voorbijfietste, kreeg ik zoiets van: Heb je haar ook weer met die boeken.
Op een dag kwam ik haar tegen in de supermarkt. Zij stond vlak naast mij en ik zei meteen: “Waar gaat u toch altijd met die boeken naar toe?”
“Ik?” zei zij vrolijk .”Ik heb ’s middags toch niets te doen en dan ga ik wat voorlezen bij twee blinde mensen.”
“Wat goed,” zei ik, en ik schaamde mij een beetje.
Toon Hermans
__________________________________________________________________________________________________
sluiting 22 febr
Hoop,
Diep in onszelf dragen we hoop
als dat niet het geval is
is er geen hoop.
Hoop is een kwaliteit van de ziel
en hangt niet af
van wat er in de wereld gebeurt
Hoop is niet voorspellen
of vooruitzien.
het is een gerichtheid van de geest
een gerichtheid van het hart,
voorbij de horizon verankerd.
Hoop in deze diepe en krachtige betekenis
is niet hetzelfde als vreugde
omdat alles goed gaat
of bereidheid je in te zetten
voor wat succes heeft.
Hoop is ergens voor werken,
omdat het goed is,
niet alleen
omdat het kans van slagen heeft.
Hoop is niet hetzelfde als optimisme,
evenmin de overtuiging
dat iets goed zal aflopen
wel de zekerheid dat iets zinvol is
afgezien van de afloop,
het resultaat.
Vaclav Havel
________________________________________________________________________________________________
sluiting 15 febr
VOORJAAR
Het licht vlaagt over ’t land in stoten,
wekkend het kort en straf geflonker
der blauwe wind-gefronste sloten;
het gras gloeit op, dooft uit, is donker.
Twee lammren naast een stijf grauw schaap
staan wit, bedrukt van jeugd in’t gras….
Ik had vergeten hoe het was
en dat de lente niet stil bloeien,
zacht dromen is, maar hevig groeien,
schoon en hartstochtelijk beginnen,
opspringen uit een diepe slaap,
wegdansen zonder te bezinnen.
Door M. Vasalis
___________________________________________________________________________________________
sluiting 8 febr
“t is maar hoe je het ziet..
Soms kom ik op mijn levenspad kleine leraren tegen van een paar turven hoog rondom dit thema’ ’t is maar hoe je ’t ziet. .
Een jaar of twee geleden net na het carnaval stappen we uit de auto voor de deur van de opticien op de Hoofdstraat. We stappen bijna op de tenen van moeder met een zoon van ongeveer vier jaar oud. Zoon heeft een GROTE bril op, waarvan de glazen fantastisch versierd zijn met allerlei mooie plaatjes. Ik zeg: “Wat heb jij een mooie bril op.” Zoon glundert en beaamt dat zeer tevreden. Wij vervolgen onze weg. Terugkerend naar de auto vanaf de andere kant van de straat zien we moeder en zoon midden op de weg met elkaar ‘worstelen’. Moeder roept gebelgd: “Kijk uit waar je loopt!” Zoon antwoord verbolgen, zich heftig vastklampend aan moeders hand: “Dat kan toch niet, ik heb mijn bril op! “
Ik dacht’’ foei.. hoe vaak heb ik niet een bril op met al helemaal volgeplugde plaatjes en ben me er niet eens van bewust, dat ik die op heb. Dit jongetje weet op zijn minst het verschil tussen met en zonder bril.
Afgelopen januari kruiste er weer zo’n paar turven hoge leraar mijn pad. Vermoeid na de feestdagen met geglibber en zaken van leven en dood sta ik op de deur van onze auto geleund bij de Super te wachten tot de nieuwe lading boodschappen achterin de auto zijn verdwenen met behulp van de bezige handen van mijn lief. Het is de eerste schooldag na de vakantie. Een sliert kindertjes steekt de weg over vanaf het Trefpunt en passeert het parkeerterrein. Ze zingen in allerlei vrolijke tinkelende stemmetjes’ Gelukkig Nieuw jaar, Best Nieuw Jaar, Braaf Nieuw Jaar, Gelukkig Nieuw Jaar. Wat sonore antwoorden volgen van de volwassenen aan de andere kant van het hek. Zo ook ik. Maar ik vraag ze ook: “Wat gaan jullie doen?” Verbaasde oogjes van een jochie kijken me aan! Alsof ik dat niet weet! “Het grote dinosaurissen spel spelen” is het zangerige antwoord te midden van het gelukkig nieuw jaar getinkel. Even loopt hij door, keert zich plots om en kijkt me ernstig en bedachtzaam aan met grote vraagtekens in zijn oogjes: “Mevrouw, weet u wat “Gelukkig Nieuw Jaar” is? “ Ik moet even goed nadenken. Weet ik dat??? Van alles vliegt in noodvaart door mijn volwassen hoofd en hoor mezelf zeggen: “Misschien is dat wel het grote dinosaurissen spel spelen!”. Jochie huppelt verder en keert zich nog een keer om en vraagt me: Heb jij ook zo leuk op het oude jaar met al je broertjes en zusjes ‘Gelukkig Nieuw Jaar’ gespeeld?
Nou nee, dat niet, maar neem wel mee van dit joch dat nu we zonder een aantal dierbaren verder gaan met wie we de vrede van het loslaten hebben kunnen delen, ook al is het einde van het leven aangaan zoiets als het spelen van een spel met een verduveld grote dinosaurus, waar je het niet altijd van kunt winnen..
Onze vrienden, die er nu niet meer zijn hebben ons wel laten zien dat je , net als dit jochie, je het Gelukkig Nieuw jaar spel elke dag kunt spelen..
‘ tis maar hoe je ’t ziet..’!
Greetje de Goede
_____________________________________________________________________________________
sluiting 18 jan 2011
_________________________________________________________________________________________
sluiting 11 jan 2011
Het verhaal van het potlood
Een jongetje keek naar zijn oma die een brief aan het schrijven was. Op een gegeven moment vroeg hij: “Oma, schrijf je een verhaaltje over wat wij samen hebben meegemaakt? Of schrijf je misschien een verhaaltje over mij?”. Zijn oma stopte met haar brief, glimlachte en zei: “Ik schrijf inderdaad over jou. Maar belangrijker dan de woorden die ik schrijf, is het potlood waarmee ik schrijf. Ik zou willen dat je later, als je groot bent, net zo als dit potlood wordt.” Het jongetje keek nieuwsgierig naar het potlood maar kon er niets bijzonders aan ontdekken. “Maar het is gewoon maar een potlood!” “Het is maar hoe je er naar kijkt. Het potlood heeft vijf bijzondere eigenschappen die jou, tenminste als je ze kunt onthouden, tot iemand zullen maken die altijd in vrede met de wereld zal leven.”
Ten eerste: je zult misschien grootse daden verrichten, maar je mag nooit vergeten dat er een hand is die jou leidt. Sommige noemen deze hand God, anderen noemen deze hand Allah en weer anderen zeggen dat het universum de hand is.
Ten tweede: af en toe is het beter om even te stoppen met schrijven om de punt te slijpen. Daardoor heeft het potlood een beetje pijn, maar het wordt er wel scherper van. Dus het is goed wat pijn te kunnen verdragen om een scherper en beter mens te worden.
Ten derde: als je met een potlood schrijft kun je altijd weer uitgummen wat je fout schreef. De les is dat corrigeren wat we fout hebben gedaan heel goed is, maar nog belangrijker is het om rechtvaardig door het leven te gaan.
Ten vierde: het belangrijkste van het potlood is niet het hout of de buitenkant, maar het grafiet dat er in zit. Dus wees bezorgd om wat er binnenin je gebeurt.
Ten slotte, het vijfde wat een potlood bijzonder maakt: het laat altijd een spoor achter. Besef goed dat alles wat je in het leven doet, sporen zal achterlaten en wees je daar voortdurend van bewust.
Paolo Coelho